NHG-Zorgmodule Leefstijl Bewegen (samenvatting)
Inhoudsopgave
|
Begrippen
Een beweegzorgprofessional is een BIG-geregistreerde fysiotherapeut, oefentherapeut, sportarts of revalidatiearts.
Een beweegprofessional is een professionele trainer, coach, fitnessinstructeur of sportbegeleider die buiten de kaders van de reguliere gezondheidszorg mensen helpt om verantwoord te bewegen of de lichamelijke conditie te verbeteren.
Richtlijnen diagnostiek
Aankaarten
Wees alert op bewegingsproblematiek bij patiënten met risicofactoren (bijvoorbeeld overgewicht, zittend beroep, klachten van het bewegingsapparaat, dyspnoe of vermoeidheid) en chronische ziekten.
Inventariseren
Breng met toestemming van de patiënt in kaart:
- het beweeggedrag en iemands lichamelijke fitheid;
- ervaringen met sport en bewegen;
- vitale, fysieke of cognitieve beperkingen die van invloed zijn op het beweeggedrag en/of iemands lichamelijke fitheid;
- multimorbiditeit;
- sociale en omgevingsfactoren.
Verricht indien nodig aanvullende diagnostiek (zoals longfunctieonderzoek of inspannings-ECG) in de eerste lijn of verwijs hiervoor naar de tweede lijn.
Beoordeel of er sprake is van:
- onvoldoende activiteit of een bewegingsprobleem;
- beperkende complicaties (vitaal, fysiek, cognitief);
- ernstige complicaties (hart- en vaatziekten, longziekten, fysiek, cognitief);
- multimorbiditeit.
Exploreren motivatie tot gedragsverandering
Vraag de patiënt vervolgens:
- Hoe kijkt u tegen bewegen aan (sporten, wandelen/fietsen, invulling vrije tijd)?
- In hoeverre zou u een actieve leefstijl willen aannemen?
- Wat zijn voor u de drie belangrijkste redenen om dit te doen?
- Hoe belangrijk is het voor u om actieve leefstijl aan te nemen (geef aan op een schaal van 0-10)? Vraag bij een lage score waarom de patiënt het aannemen van een actieve leefstijl niet/minder belangrijk vindt.
- Stel dat u zou besluiten meer te gaan bewegen, hoe zou u dat aanpakken? Hoeveel vertrouwen heeft u erin dat het u gaat lukken (op een schaal van 0-10)? Ga na waarom de patiënt zichzelf dit cijfer geeft en niet lager en wat ervoor nodig is om op een hoger cijfer te komen.
- Ga vervolgens bij de patiënt na:
- diens mogelijkheden (fysiek, psychisch, cognitief) om zelfstandig een actieve leefstijl aan te nemen en/of te onderhouden;
- diens behoefte aan ondersteuning bij zelfmanagement;
- diens kennis van de vormen van hulp die in zijn situatie mogelijk zijn.
Als de patiënt op dit moment zijn beweeggedrag niet wil of kan aanpassen:
- Vraag of u de patiënt (eventueel schriftelijk) nadere informatie mag geven over zijn beweeggedrag.
- Benadruk dat de patiënt altijd op een later moment op zijn beweeggedrag mag terugkomen.
Selecteren en kiezen
Ga samen met de patiënt na welk zorgprofiel (1, 2, of meer) het meest passend is op grond van diens:
- zelfmanagementvaardigheden;
- aard en ernst van de problematiek;
- ervaringen met eerdere behandelingen;
- voorkeuren.
Verwijs naar een fysiotherapeut als bewegen in het zorgdomein (profiel 3, 4 en 5) gewenst is. Verwijs naar een revalidatiearts of sportarts bij zeer ernstige (vitale) complicaties.
Evaluatie
Ga samen met de patiënt na of zorgprofiel 1 of 2 passend is op basis van de leefstijl- en risico-inventarisatie, alsmede de motivatie tot meer bewegen. Verwijs de patiënt zo nodig door naar een beweegzorgprofessional voor bepaling van het optimale zorgprofiel (3, 4 of 5).
Richtlijnen beleid
Inhoud |
Betrokken zorgverleners |
|
1. Uitsluitend zelfmanagement |
|
|
2. Bewegen in regulier sport- en bewegingsaanbod op basis van zelfmanagement onder begeleiding van een beweegprofessional in het publieke domein |
|
|
3.A Bewegen onder begeleiding van beweegzorg- professional met specifieke expertise op gebied van bewegen in relatie tot gezondheid en gedragsverandering |
|
|
3.B Bewegen onder begeleiding van een beweegzorgprofessional met specifieke expertise op gebied van bewegen in relatie tot gezondheid en gedragsverandering |
|
|
4. Bewegen onder begeleiding van een beweegzorgprofessional met specifieke expertise op gebied van bewegen in relatie tot gezondheid en gedragsverandering |
|
|
5. Bewegen onder begeleiding van een beweegzorgprofessional met specifieke (vaak specialistische) expertise op gebied van bewegen in relatie tot gezondheid |
|
|