Publicatiedatum: oktober 2020

In de NHG Standaard Cardiovasculair risicomanagement (CVRM) van 2019 staat het opstellen van een risico- profiel op hart- en vaatziekten centraal. Op basis daarvan is een risicocategorie aan te wijzen. Voor patiënten, die vanwege bestaande morbiditeit of risicofactoren niet automatisch in een van de risicocategorieën kunnen worden ingedeeld, wordt het risico kwantitatief geschat door het gebruik van de SCORE-tabel.

Hypertensie of hypercholesterolemie

In de NHG Standaard Cardiovasculair risicomanagement (2019) lijkt er geen plaats meer te zijn voor de begrippen hypertensie of hypercholesterolemie. De NHG-standaard hanteert de term: ernstig ver- hoogde enkele risicofactor, d.w.z. totaalcholesterol >8 mmol/l of bloeddruk ≥ 180 mmHg. Deze term geeft alleen de risico weer en niet de episode waarbinnen dit moet worden vastgelegd.

Dit betekent dat er in het dossier nog steeds episodes met hypertensie en/of hypercholesterolemie kunnen worden vastgelegd. Bij de afdeling implementatie krijgen we veel vragen van huisartsen over de grenswaarden. Omdat bijvoorbeeld binnen de ketenzorgafspraken deze risicofactoren nog een rol spelen of omdat huisartsen deze patiënten willen kunnen vervolgen.

In overleg met de Richtlijn opstellers zijn de volgende grenswaarden voor hypertensie en/of hypercholesterolemie gedefinieerd:

  1. Hypertensie is systolische bloeddruk; herhaaldelijk >140 mmHg gemeten
  2. Hypercholesterolemie is LDL > 2,5 mmol/l of totaalcholesterol > 6,5 mmol/l

Leg bij deze patiënten een episode vast met respectievelijk ICPC-code K86 Hypertensie of een van de subcodes bij T93, bv. T93.01 Hypercholesterolemie. Bij patiënten met een ernstig verhoogde enkele risicofactor (totaalcholesterol >8 mmol/l of bloeddruk ≥ 180 mmHg) registreert u ook een episode hypertensie of hypercholesterolemie.

Leg met de diagnostische bepaling ‘risico HVZ volgens CVRM-richtlijn 2019’ de vastgestelde risico- categorie vast binnen deze episode.

Atherosclerotische stenose of aangetoonde ischemie

Een nieuwe groep personen, die in verband met het zeer hoog risico in aanmerking komt voor een medicamenteuze interventie zijn personen met “bij beeldvorming aangetoonde atherosclerotische stenose of aangetoonde ischemie”.

Als deze patiënt geen episode DM, HVZ, ernstige of matige chronische nierschade of ernstig ver- hoogde enkele risicofactor (totaalcholesterol (TC) >8 mmol/l of bloeddruk ≥ 180 mmHg) heeft, dan luidt het registratie advies:

  • Maak een episode voor deze patiënt aan met ICPC K91 atherosclerose
    • Voeg “CVRM” toe achter de bestaande episode titel
    • Registreer alle verleende CVRM zorg onder deze episode
    • Leg met de diagnostische bepaling ‘hoofdbehandelaar CVRM’ vast wie de hoofdbehandelaar is
    • Leg met de diagnostische bepaling ‘risico HVZ volgens CVRM-richtlijn 2019’ (RH19 KQ FB) de risico- categorie vast

Als de patiënt reeds een DM of HVZ-episode heeft, is deze bevinding onderdeel van het ziektebeeld en wordt de bevinding in de al bestaande CVRM-episode opgenomen en krijgt het geen eigenstandige episode.

Doel

Landelijke eenduidige registratie van de zorg aan patiënten met CVRM-risico.

Waarom?

Informatie over de geleverde CVRM-zorg is binnen één praktijk en in de hele zorgketen vindbaar, uitwisselbaar en bruikbaar voor kwaliteitsindicatoren.

Registratie advies bij CVRM

Voor de registratie in het EPD is het van belang om eerst vast te leggen: Wat is er aan de hand? Ziekte of risico- factor aanwezig? En pas daarna over te gaan tot het bepalen en vastleggen van de risicocategorie voor CVRM.

Bij een persoon met nieuwe of reeds vastgestelde DM, HVZ, ernstige of matige chronische nierschadeof ernstig verhoogde enkele risicofactor (totaalcholesterol >8 mmol/l of bloeddruk ≥ 180 mmHg)2:

  • Maak geen aparte episode voor CVRM aan, maar voeg aan de bestaande episodetitel de tekst “CVRM” toe.
  • Registreer de CVRM-handelingen en activiteiten in de desbetreffende episode.
  • Leg met de diagnostische bepaling ‘hoofdbehandelaar CVRM’ vast wie de hoofdbehandelaar is.
  • Leg met de diagnostische bepaling ‘risico HVZ volgens CVRM-richtlijn 2019’ (RH19 KQ FB) de risico- categorie vast.

Bij een persoon met een combinatie van meerdere diagnoses tegelijk:

  • Maak geen aparte episode voor CVRM aan. Voeg aan de bestaande episodetitel de tekst “CVRM” toe.
  • Als DM aanwezig is: registreer de CVRM-handelingen en activiteiten altijd in de DM-episode.
  • Als geen DM aanwezig is kies uit één van de relevante episodes, bij voorkeur de episode met de grootste ziektelast, meeste complicaties, of grootste risico’s.
  • Registreer de CVRM-handelingen en activiteiten in de desbetreffende episode.
  • Leg met de diagnostische bepaling ‘hoofdbehandelaar CVRM’ vast wie de hoofdbehandelaar is.
  • Leg met de diagnostische bepaling ‘risico HVZ volgens CVRM-richtlijn 2019’ (RH19 KQ FB) de risico- categorie vast.
  • Als pas later DM optreedt, wordt de CVRM-registratie vanaf dat moment verplaatst naar de DM- episode. Vergeet niet om de CVRM-aanduiding te verplaatsen.

Bij een persoon met een episode hypertensie en/of hypercholesterolemie zonder een episode DM, HVZ of ernstige of matige CNS zijn er 2 verschillende situaties mogelijk:

1. Er is sprake van hypercholesterolemie of hypertensie met ernstig afwijkende waarde (totaal cholesterol >8 mmol/l of bloeddruk ≥ 180 mmHg):

  • Maak een episode hypercholesterolemie (T93.01) of hypertensie (K86) aan.
  • Voeg aan de episodetitel de tekst “CVRM” toe.
  • Registreer de CVRM-handelingen en activiteiten in de desbetreffende episode.
  • Leg met de diagnostische bepaling ‘hoofdbehandelaar CVRM’ vast wie de hoofdbehandelaar is.
  • Leg met de diagnostische bepaling ‘risico HVZ volgens CVRM-richtlijn 2019’ (RH19 KQ FB) de risico- categorie vast.

Als er sprake is van zowel hypercholesterolemie en hypertensie met ernstig afwijkende waarde (totaal- cholesterol >8 mmol/l en bloeddruk ≥ 180 mmHg). Kies uit één van de twee episodes, bij voorkeur de episode met de grootste ziektelast, meeste complicaties, of grootste risico’s. Handel verder als bij 1b t/m e.

2. Er is sprake van hypercholesterolemie en/of hypertensie zonder ernstig afwijkende waarde:

  • Maak een episode hypercholesterolemie en/of hypertensie aan.
  • Stel een cardiovasculair risicoprofiel op en bepaal het CV-risico met de Score-tabel.
  • Leg met de diagnostische bepaling ‘risico HVZ volgens CVRM-richtlijn 2019’ (RH19 KQ FB) de risico- categorie vast.
  • Registreer eventuele vervolgcontroles in de desbetreffende episode.
  • Als later DM, HVZ of ernstige of matige CNS optreedt, wordt de CVRM-registratie vanaf dat moment verplaatst naar die episode. Vergeet niet om de CVRM-aanduiding te verplaatsen. De episode hypercholesterolemie en/of hypertensie kan dan worden samengevoegd met deze nieuwe episode.

Bij een persoon met risicocategorie matig tot laag zonder een episode DM, HVZ, ernstige of matige chronische nierschade, hypertensie of hypercholesterolemie:

  • Maak een CVRM-episode aan en codeer deze CVRM-episode met de code uit de verrichtingen com- ponent van de ICPC: ”CVRM” [K49.01]. Hiermee geeft u aan dat u deze patiënt heeft doorgelicht voor preventieve en groepsgerichte zorg.
  • Leg met de diagnostische bepaling ‘risico HVZ volgens CVRM-richtlijn 2019’ (RH19 KQ FB) de risico- categorie vast.
  • Registreer een eventuele follow up in de desbetreffende episode.
  • Als een persoon in de loop van de tijd een DM, HVZ, ernstige of matige chronische nierschade en/of een ernstig verhoogde enkele risicofactor (totaalcholesterol >8 mmol/l of bloeddruk ≥ 180 mmHg) ontwikkelt, hernoem de bestaande episode [K49.01] in de relevante ICPC voor de episode. Voeg “CVRM” aan de episodetitel toe. Registreer vervolgens de CVRM-handelingen en activiteiten in deze episode

Aantal CVRM-contacten

Als een praktijk wil kunnen bijhouden hoe vaak een CVRM-contact is geweest binnen een reeds be- staande episode, bijvoorbeeld Stabiele angina pectoris [K74.02], dan kan binnen de episode Stabiele angina pectoris een deelcontact worden voorzien van de procescode K49.01 CVRM.

Bronnen

  1. NHG Standaard Cardiovasculair risicomanagement (CVRM) 2019
  2. Praktische handleiding bij de NHG-Standaard CVRM (2019) versie 2,1, juli 2020

Bijlage Selecteren van patiënten voor het CVRM- programma

Omschrijving NHG-standaardICPC-titelICPC
acuut coronair syndroomAcuut myocardinfarctK75 *
acuut coronair syndroomAndere chronische ischemische hartziektenK76
acuut coronair syndroomCoronair scleroseK76.01
acuut coronair syndroomVroeger myocardinfarct (> 4 wkn geleden)K76.02
angina pectorisAngina pectorisK74
angina pectorisInstabiele angina pectorisK74.01
angina pectorisStabiele angina pectorisK74.02
TIAPassagiere cerebrale ischemie / TIAK89
beroerteIntracerebrale bloedingK90.02
beroerteCerebraal InfarctK90.03
Bij beeldvorming een aangetoonde atherosclerotische stenose of aangetoonde ischemieAtherosclerose [ex. K76, K90]K91
claudicatio intermittens en symptomatische aorta-iliofemorale atheroscleroseClaudicatio intermittens /PAVK92.01
aorta-aneurysmaAneurysma aortaeK99.01
Tabel 1. Episode ICPC voor relevante hart- of vaatziekte
* Als een infarct langer dan vier weken geleden is, gebruikt u code K76.02.
Omschrijving NHG-standaardICPC-titelICPC
DM type 2DM type 2T90.02
Chronische nierschadeNierfunctiestoornis/nierinsufficiëntieU99.01
Artritis psoriaticaArtritis psoriaticaL99.13
COPDCOPDR95
JichtJichtT92
Reumatoïde artritisReumatoïde artritis/verwante aandoening(en)L88
 Reumatoïde artritisL88.01
Ankyloserende spondylitisMorbus Bechterew (spondylitis ankylopoetica)L88.02
Hiv-infectieHiv-infectie (aids/ARC)B90
 Seropositief zonder symptomenB90.01
 AIDS/ARCB90.02
Inflammatoire darmziekten (IBD)Colitis ulcerosa/chronische enteritis (regionalis)D94
 Colitis ulcerosaD94.01
 Ziekte van CrohnD94.02
Obstructief slaapapneu (OSA)SlaapapnoesyndroomP06.01
Pre-eclampsie en zwangerschapshypertensieToxicose/ (pre-)eclampsieW81
PolycysteusovariumsyndroomPolycysteus-ovariumsyndroomT99.06
ZwangerschapsdiabetesZwangerschapsdiabetesW84.02
Tabel 2. Episode ICPC voor Aandoeningen met een duidelijke invloed op het risico van hart- en vaat-
ziekten en Aandoeningen die aanleiding geven tot het opstellen van een risicoprofiel
ICPC-omschrijvingICPC-codeWat moet er gebeurenNieuwe ICPC-code
Cerebrovasculair accident (CVA)K90Identificeer patiënten met de diagnose intra- cerebrale bloeding en hercodeer de episodeK90.02
 K90Identificeer patiënten met de diagnose Cerebraal Infarct en hercodeer de episodeK90.03
Andere ziekte(n) perifere arteriënK92Identificeer patiënten met de diagnose Claudicatio intermittens /PAV en hercodeer de episodeK92.01
Andere ziekte(n) hartvaatstelselK99Identificeer patiënten met de diagnose Aneurysma aortae en hercodeer de episodeK99.01
Tabel 3. Episodes met ICPC-hoofdcode, mogelijk relevant voor CVRM
Omschrijving NHG- standaardNaam ingreep-behandelingRubriek/subrubriekICPC-code
Chemotherapiecytostatica therapie72.03nvt
BestralingBestraling72.04nvt
Tabel 4. Patiënten die in het verleden zijn behandeld voor kanker met chemotherapie en/of bestraling

Heeft u nog vragen?

Heeft u vragen of suggesties voor verbetering van de registratieadviezen?
Stuur een e-mail naar contactcentrum@nhg.org