Belangrijkste aandachtspunten 

  • Houd rekening met een verhoogde kans op bof bij patiëntengroepen met een lage vaccinatiegraad (zoals vluchtelingen, arbeids- of gezinsmigranten of personen met een bepaalde geloofsovertuiging). 
  • Kenmerkend voor de bof is parotitis, meestal beiderzijds. 

Achtergrondinformatie bof 

Vaccinatieschema   

BMR-vaccinatie (levend verzwakt vaccin) is in Nederland opgenomen in het rijksvaccinatieprogramma (RVP) en wordt toegediend op de leeftijd van 14 maanden en 9 jaar.    

Verwekker  

Bof (parotitis epidemica) wordt veroorzaakt door het bofvirus. 

Klinisch beeld    

Bof begint met koorts en andere prodromale verschijnselen, zoals spierpijn, hoofdpijn en malaise. Kenmerkend voor bof is de ontsteking van de oorspeekselklieren (parotitis), veelal dubbelzijdig.  De parotitis veroorzaakt (oor)pijn, vooral bij het openen van de mond. De zwelling van de parotis is maximaal na 2 à 3 dagen, en verdwijnt binnen een week, evenals de overige symptomen. 

Bij een derde van de ongevaccineerde personen verloopt de infectie asymptomatisch. Bij gevaccineerden ligt dit percentage hoger, zo’n 63-80% van de infecties. 

Complicaties 

Complicaties komen vaker voor bij ongevaccineerde patiënten. De meest voorkomende complicaties zijn: 

  • aseptische meningitis (1-10% bij ongevaccineerden) 
  • epididymo-orchitis (15-30% bij ongevaccineerden, voornamelijk na de puberteit) 
  • ontsteking van de eierstok(ken) (5% bij ongevaccineerden, voornamelijk na de puberteit) 

Minder vaak voorkomende complicaties zijn encefalitis, gehoorverlies, pancreatitis en thyreoiditis. 

Transmissie   

  • Het bofvirus verspreidt zich via druppels uit de neus- en keelholte (door hoesten en niezen).  
  • De besmettelijke periode begint 2 dagen vóór het ontstaan van de parotiszwelling tot ongeveer 5 dagen daarna.   

Infectiepreventieve maatregelen bij vermoeden van bof  

Draag < 1,5 meter minimaal een chirurgisch mondneusmasker type IIR en een beschermende bril en op indicatie beschermende kleding en handschoenen. 

Diagnostiek  

  • PCR: 
    • Bofvirus kan worden aangetoond door PCR in een keeluitstrijk, urine- of speekselmonster. Het materiaal dient zo snel mogelijk (<7 dagen) te worden afgenomen.  
  • Serologie:
    • Bij ongevaccineerde patiënten kan een acute infectie met het bofvirus ook aangetoond worden met een IgM-antistofbepaling. Dit is mogelijk vanaf 3 dagen na het ontstaan van de parotiszwelling tot enkele weken erna.  
    • Bij gevaccineerde patiënten die bof ontwikkelen is de sensitiviteit van de IgM-antistofbepaling vaak onvoldoende.  

Meldplicht   

Bof is een meldingsplichtige ziekte groep C. Als bof is vastgesteld, dan moet dit binnen 1 werkdag gemeld worden bij de GGD.   

Behandeling 

Er is geen specifieke behandeling voor bof beschikbaar. Passieve immunisatie met immunoglobuline is niet effectief in het beschermen tegen infectie met bofvirus.  

Klachten door de bof worden in de praktijk symptomatisch behandeld.  

Meer informatie en totstandkoming  

De adviezen over patiënten met (vermoeden van) bof in de huisartsenpraktijk zijn gebaseerd op informatie van het RIVM. Voor details en aanvullende informatie over bof, zie: