Wie ben je?

Bart Osse
Bart Osse

Ik ben 59 jaar en sinds 23 jaar huisarts in Deventer. Samen met mijn echtgenote hebben we een duo praktijk, in een hoed met een 2e echtpaar-duo. Ik ben gepromoveerd op een onderzoek naar zorgbehoeften van patiënten met kanker en hun naasten bij de Werkgroep Onderzoek Kwaliteit bij professor Grol in Nijmegen.

De afgelopen jaren ben ik in betrokken geweest bij het implementeren van kwaliteitsverbetering in de regio Deventer. We hebben bijvoorbeeld de regionale spoedkoffer met een ruil-systeem, we hebben collectief CRP meters aangekocht en we hebben een ‘regio-NPA praktijk accreditatie’ gefaciliteerd.

Mijn rol is positief-kritisch. Ik wil zorgen dat er niet te veel ‘van boven af’ wordt bepaald. Maar vind ook dat we alleen met een goed werkende ‘inhoudelijke koepel’ ons blijven ontwikkelen.

Waarom ben je huisarts geworden? 

Ik vind het fantastisch om huisarts te mogen zijn van patiënten waarvan ik er veel al heel lang ken en die kennelijk vertrouwen hebben in mijn kennis en oordeel. De breedte van de huisartsgeneeskunde vind ik erg leuk.

Waarom ben je lid geworden van de VR? 

Ik zie het NHG als grondlegger van (hoogwaardige) huisartsgeneeskunde in Nederland, waarbij de standaarden en de implementatie ervan via Thuisarts.nl een fundament is geworden van onze zorg.

Tegelijkertijd ben ik ook kritisch; wij gaan als huisartsen gebukt onder talloze regels en werkprotocollen die het vak niet leuker of beter maken. Ik verbaas me over het gemak waarmee we onszelf steeds meer verplichtingen opleggen. Zo terughoudend als we zijn ten opzichte van niet bewezen medische behandelingen, zo weinig kritisch lijken we allerlei niet-bewezen-effectieve ‘kwaliteit verbetering’ te omarmen.

Mijn rol in de NHG Verenigingsraad is positief kritisch. Kritisch omdat ik de persoonlijke professionele autonomie van de huisarts wil bewaken, en zorgen dat er niet te veel ‘van boven af’ wordt bepaald. Tegelijkertijd ook positief, omdat we alleen met een goed werkende ‘inhoudelijke koepel’ de huisartsgeneeskunde kunnen blijven ontwikkelen.

Waarvoor mogen collega’s jou benaderen?

Iedereen mag mij benaderen als ik mogelijk kan bijdragen aan het versterken van de ‘kern’ van ons vak en het bevrijden van de onzin eromheen.